
Het Benelux Merkencongres vindt dit jaar plaats op dinsdag 7 oktober 2025. Samen met dagvoorzitters Tobias Cohen Jehoram (EUR, De Brauw Blackstone Westbroek) en Martin Senftleben (IViR, Bird & Bird) maken we er weer een onderhoudende dag van.
Programma
Merkenrechtelijke actualiteiten en jurisprudentieoverzicht
Tobias Cohen Jehoram (EUR, De Brauw Blackstone Westbroek) is partner bij De Brauw Blackstone Westbroek en hoogleraar Intellectueel Eigendomsrecht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij is een van de meest vooraanstaande specialisten op het gebied van merken- en auteursrecht in Nederland. In zijn praktijk adviseert en procedeert hij voor (inter)nationale cliënten in complexe en spraakmakende IE-zaken. Dankzij zijn combinatie van academische expertise en jarenlange proceservaring weet hij als geen ander juridische diepgang te koppelen aan strategisch inzicht.
Merkenrecht en AI
Martin Senftleben (IViR, Bird & Bird) gaat tijdens het congres in op de consumentenperceptie ten opzichte van het gebruik van AI in de ontwikkeling van merkenrechtelijk beschermde producten. Hoe schat de consument namaakrisico’s in als producten door AI of een mens zijn ontworpen? Hoe beoordelen merkrechtspecialisten deze vraag? En welke uitdagingen ontstaan voor het merkenrecht?
Martin Senftleben is hoogleraar Intellectueel Eigendomsrecht en directeur van het Instituut voor Informatierecht aan de Universiteit van Amsterdam. Verder is hij als Of Counsel verbonden aan Bird & Bird. Senftleben speelt een toonaangevende rol in het debat over merken- en auteursrecht in het digitale tijdperk. Zijn onderzoek richt zich onder meer op de kansen en uitdagingen die door het trainen en exploiteren van generatieve AI-systemen ontstaan.
Bespreking DelicaSea tegen Bacardi / Volkswagen-zaken
Anke Moerland (Maastricht University) is Hoogleraar Intellectueel Eigendom, Grensverleggende Technologieën en Internationale Handel bij de Universiteit Maastricht. Ze is gepromoveerd op bescherming van intellectuele eigendom in bilaterale handelsovereenkomsten van de EU. Haar onderzoek richt zich op de interactie tussen IE-recht en opkomende technologieën.
Tijdens het congres zal Moerland ingaan op de uitleg van het noodzakelijkerwijs-criterium in de EU als bedoeld in het Class-arrest van het Hof van Justitie. De merkhouder kan zich alleen tegen originele goederen met een douanestatus verzetten als zij noodzakelijkwijs op de markt van de EER zullen worden gebracht. Het louter fysiek aanwezig zijn van goederen binnen het douanegebied van de Unie is hiervoor onvoldoende. Moerland gaat erop in hoe dit criterium in recente jurisprudentie zoals DelicaSea/Bacardi and Autocavy Trading B.V./Volkswagen.
Het marktonderzoek in de rechtszaal
Hugo van Heemstra (Rechtbank Den Haag) is rechter bij de rechtbank Den Haag en bij de Netherlands Commercial Court (NCC). Voor zijn benoeming tot rechter in 2017 werkte hij zestien jaar als advocaat op het gebied van intellectueel eigendomsrecht en was hij secretaris bij de toezichthouder op collectieve beheersorganisaties.
Van Heemstra zal tijdens zijn bijdrage ingaan op het gebruiken van een marktonderzoek in procedures en de visie van de rechter hierop, zowel vanuit het oogpunt van juridische dogmatiek als vanuit de jurisprudentie en praktijk.
Na Denken over beschrijvende merken in de Benelux en Europa
Tomas Westenbroek (BOIP, IViR) is juridisch medewerker bij het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom en docent IE-recht aan het Instituut voor Informatierecht van de Universiteit van Amsterdam. Hij is gespecialiseerd in merkenrecht en houdt zich bezig met thema’s zoals onderscheidend vermogen, geografische aanduidingen en portretmerken.
In zijn bijdrage zal Westenbroek ingaan op de manier waarop onderscheidend vermogen thans beoordeeld wordt en hoe dat is geëvolueerd.
Vrijheid van meningsuiting vs. het merkenrecht
In de IKEA/Vlaams Belang-zaak ligt bij het HvJ voor. Aanleiding voor het geschil was het gebruik van de stijl van de Ikea 'doe-het-zelf' handleiding, die door de politieke partij Vlaams Belang in een parodie werd gebruikt ter verkondiging van haar standpunten. Uit dit geschil ontstaat de prejudiciële vraag 'of de vrijheid van meningsuiting een "geldige reden" kan vormen om gebruik te maken van een bekend merk' en welke criteria in aanmerking genomen moeten worden bij de beantwoording van de vraag of deze geldige reden bestaat. Als afsluiter van het congres zullen twee IE-collega's hierover sparren, waarbij Peter Teunissen (Radboud Universiteit) het tegen een IE-collega op in de discussie vrijheid van meningsuiting vs. het merkenrecht.
Praktische informatie
Datum: 7 oktober 2025
Tijd: 09.30-17.15 (inloop 09.00 uur)
Locatie: De Burcht, Henri Polaklaan 9, 1018 CP Amsterdam
Accreditatie: 6 opleidingspunten NOvA, BMM en Vlaamse Orde
Verdere informatie
- € 795,00
- € 745,00
- € 700,00
- € 250,00